Kerstcolumn

Donderdag 6 december 2012

Zonder impro, geen kerstfeest, zoveel is mij wel duidelijk als ik het kerstverhaal lees. Maria en Jozef zijn gelukkig getrouwd en op een dag vertelt Maria dat ze zwanger is. 'Ja maar niet van jou' moet ze de dolgelukkige Jozef mededelen. Gaat Jozef in de 'Ja maar'-stand? Welnee, hij zegt: 'Okay, het is van God en... dan gaan we ook meteen naar Betlehem op reis.' Goeie suggestie zou ik zeggen. Daar aangekomen zoeken ze een plek in de herberg. Maar gelukkig voor het verhaal; er is geen plek. Geen 'ge-Ja maar' bij de deur van de herberg, welnee. Jozef zegt: 'Ja en... dan gaan we toch de stal in? 'Ja maar..., Jozef, je vrouw staat op het punt van bevallen?' 'Dat is prima', zegt Jozef, en... dan leggen we het kind in een kribbe op een bed van stro!'. Eenmaal geboren in de winternacht in de tochtige stal, loopt het kindeke Jezus blauw aan van de kou. 'Ja maar Jozef, straks vat ze nog kou!' roept Maria vertwijfeld uit, nog enigzins gammel van de bevalling. Maar Jozef denkt in mogelijkheden, grijpt een Os en een Ezel, zet ze boven de kribbe en hun warme adem houdt het kindeke warm. Als dat geen improviseren meer is, dan weet ik het niet meer. Zo is het hele leven van Jezus vanaf dat moment een grote improvisatie geweest. Het durven doorbreken van patronen, denken in onbegrensde mogelijkheden, leven in het nu, volledig accepteren van wat het leven je voorschotelt. Hij wordt daar echter voortdurend in geblokkeerd door zijn tijdsgenoten, die niets van impro snappen. 'Ja maar we hebben maar 3 broden en vijf vissen?'. Hij kijkt,  accepteert en verricht nog een wonder. Hij gaat voor zijn waarheid en impulsen, zelfs als dat zijn leven kost. Slechts wanneer hij aan het kruis hangt, dreigt even een blokkade en roept hij: 'Oh god, waarom heeft u mij verlaten?' Om vervolgens de ultieme acceptatie aan te gaan van de dood. Hij heeft het echt begrepen.

Gelukkig kerstfeest allemaal.

Blog artikelen...